De energietransitie is in volle gang en ontwikkelingen volgen elkaar in hoog tempo op. Veel partijen zijn zoekende naar hun koers en positie in deze veranderlijke omgeving. Berenschot voert veel onderzoeken en adviesopdrachten uit om daarbij te ondersteunen. Dit levert veel inzichten op, die we jaarlijks met u delen. In 2023 is het tijd om daadwerkelijk keuzes te gaan maken. Ook rondom dit thema houden we u graag op de hoogte. Dit is inzicht 2.
Smeed belangendoorsnijdende coalities
Afwegingen op verduurzaming draaien tegenwoordig om de drie ‘gulden’ begrippen duurzaamheid, betaalbaarheid en zelfvoorziening. Dit laatste heeft in de laatste twaalf maanden sterk aan gewicht gewonnen als gevolg van de internationale geopolitieke ontwikkelingen. Maar naast deze geopolitieke noodzaak willen we ook gewoon nu de verduurzamingssprong maken: omdat het geld bespaart, omdat het ons toekomstbestendig maakt en/of omdat duurzaamheid ons simpelweg aantrekkelijker maakt voor onze (potentiële) klanten, medewerkers etc. Van huiseigenaar tot zware industrie: velen willen aan de slag. In de praktijk blijkt dit echter weerbarstig.
De volgende drie redenen spelen vaak een rol:
- Er is een tekort aan alles: materialen, mensen, netcapaciteit, (stikstof)ruimte en ga zo maar door.
- Veel kaders en randvoorwaarden zijn nog niet helder. Willekeurige vragen uit eigen praktijk ter illustratie: komt waterstof voor mijn bedrijf binnen handbereik? Word ik als burger aangesloten op een warmtenet? Wat worden de spelregels voor de opslag en transport van ammoniak?
- Vaker stranden projecten in de vergunningverlening. Vanwege knellende of botsende juridische kaders, gewijzigde bestuurlijke afwegingen of vanwege knelpunten in de uitvoering.
Keuzes maken wordt steeds complexer
Een vaak gehoorde oproep is dat de overheid ‘in actie’ moet komen en vooral ‘keuzes moet maken’. Ik denk dat niemand het hiermee oneens is (dezelfde overheid waarschijnlijk ook niet). Probleem is vooral dat politiek en overheid niet altijd in staat zijn om in korte tijd tot toekomstvaste keuzes te komen. Naast actualiteit van de Haagse politiek, zie ik daarbij drie dieperliggende oorzaken:
- Het aantal publieke waarden neemt toe. Eisen en normen op het gebied van natuur, milieu, energiebesparing, CO2-reductie en circulariteit worden strikter en dwingender. Tegelijkertijd willen we de industrie verduurzamen zonder bedrijven weg te jagen. Dit leidt ertoe dat het vinden van een optimum steeds meer vraagt van het politieke proces en dat het niet altijd leidt tot oplossingen die voor de langere termijn bestendig zijn (de bekende “geitenpaadjes”).
- Maatschappelijke belanghebbenden nemen en krijgen meer invloed, via inspraak, beroepsprocedures of het aanspannen van rechtszaken. In de omgevingswet wordt het recht op participatie verder versterkt. Naast juridische onzekerheid, vergroot dit ook de onzekerheid bij bestuurders op zoek naar draagvlak.
- Afhankelijkheden en complexiteit in infrastructuur nemen enorm toe. We willen de verduurzamingsslag maken door bijvoorbeeld te elektrificeren en/of door waterstof toe te passen. Men kijkt hierbij naar de nationale overheid om duidelijkheid te scheppen over wie, wanneer, welke energiedrager(s) per buis of kabel geleverd kan krijgen. Dit leidt niet alleen tot zeer complexe systeemvraagstukken, maar het raakt ook de grenzen van wat de overheid mag (een aanzienlijk deel van de infrastructuur is bijvoorbeeld niet in handen van het Rijk) en wat de overheid tijdig kan uitvoeren.
Belangendoorsnijdende coalities
De immense uitdagingen vragen om een realistische kijk op wat écht haalbaar is. Vaste stellingnames in wat er moet gebeuren en wie daarvoor moet zorgen, belanden te vaak in een tegenstelling. Met de rijkheid aan waarden en afwegingen heeft iedereen een beetje gelijk maar komen we uiteindelijk moeilijk verder. Een land waarin ‘schaarste-in-alles’ het tempo van vooruitgang bepaalt en waarin we alle belangen op een zorgvuldige wijze wegen, kan niet zonder een effectief publiek-privaat overlegmodel.
Dat vraagt om een model van nieuwe belangendoorsnijdende coalities (uit private sector, maatschappelijke stakeholder en betroken overheden) die éérst met elkaar de harde noten kraken alvorens zich tot de (beslissende) overheid te richten. Immers: als industrie en milieu NGO het eens zouden worden over verduurzamingsplannen dan is dat een kans die je als bestuurder niet laat liggen. Dit vraagt van private sector en maatschappelijke stakeholder dat zij niet alleen gezamenlijke ambitieniveaus formuleren, maar deze ook in concrete plannen en doelen omzetten. De overheid kan dit initiatief van onderaf aanmoedigen door daar de juiste randvoorwaarden en stimulering tegenover te zetten.