Samenleving klaar voor aanpassing consumptiegoederen | Berenschot

Samenleving klaar voor aanpassing consumptiegoederen

Artikel
Samenleving klaar voor aanpassing consumptiegoederen

Deel dit artikel

Datum

19 februari 2023

Leestijd

2 minuten

Een veelgehoord bezwaar tegen milieubeleid gericht op aanpassing van consumptiepatronen is in een wetenschappelijke studie verworpen. Het bezwaar is dat beperking van consumptiegroei niet mogelijk zou zijn, omdat groei nodig zou zijn om mensen tevreden te houden met hun inkomen.

Een grote empirische studie (N = 1.645) onder Belgische respondenten wijst uit dat een grote meerderheid van de respondenten al tevreden ís met hun inkomen. De auteurs van het onderzoek concluderen dat dit resultaat suggereert dat de samenleving klaar is voor aanpassing van consumptiepatronen.

Dat laatste is broodnodig om het milieu- en klimaatbeleid veel effectiever te maken. In het huidige groenegroeibeleid wordt namelijk de milieuwinst die met technologische verbeteringen aan de productiekant van de economie geboekt wordt grotendeels (30-50%) ongedaan gemaakt door consumptiegroei. De uitstootreductie verloopt daarom 40% langzamer dan zou kunnen. Ook verbruiken we veel meer water, materialen en land dan nodig is. Het IPCC beveelt daarom met klem aan om milieubeleid te gaan voeren gericht op aanpassing van consumptiepatronen.

Uitkomsten van de studie

In de empirische studie zijn twee kernvariabelen uitgevraagd. De eerste is het zogenoemde sufficiëntieniveau: welk maandinkomen vinden mensen genoeg? De tweede is de zogenoemde sufficiëntiebeoordeling: vinden mensen hun eigen maandinkomen genoeg? De studie is gepubliceerd in Ecological Economics, een wetenschappelijk tijdschrift met een hoge impactscore.

De uitkomst van de eerste kernvariabele is dat een meerderheid (62,3%) van de respondenten een sufficiëntieniveau tussen de 1.400 en 2.200 euro per maand aanwijst. De antwoorden daaromheen variëren van 600 tot 6.000 euro per maand.

De uitkomst van de tweede kernvariabele is dat een ruime meerderheid van de respondenten een positieve sufficiëntiebeoordeling geeft. De beoordeling van mensen hangt (niet verrassend) samen met de hoogte van hun maandinkomen, met huiseigenaarschap en met het waardenpatroon van mensen. Waardenpatroon betekent dat wat mensen belangrijk vinden voor een goed leven. In een materialistisch waardenpatroon is dat inkomen en status, in een postmaterialistisch waardenpatroon zijn dat andere, immateriële waarden.

De uitkomsten uit deze Belgische studie stemmen overeen met eerdere bevindingen van het Nederlandse Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). Uit een studie in 2021 ‘Klimaataanpak: toekomstbepalende keuzes voor onze samenleving’ blijkt dat een ruime meerderheid van de respondenten (70%) vindt dat we anders moeten gaan leven om de klimaatcrisis aan te pakken. Zie voor een uitgebreidere toelichting ons boek Er is leven na de groei.

Implicaties

De uitkomsten van de Nederlandse en Belgische studies staan haaks op het huidige economische beleid. Het huidige beleid richt zich namelijk nog steeds primair op koopkrachtgroei. De kosten hiervan zijn ongelofelijk hoog, niet alleen de milieukosten maar ook de menselijke kosten. Denk aan het grote aantal mensen met burnoutklachten en het grote aantal mensen dat slaafse arbeid verricht voor Nederlandse consumptie. Het goede nieuws is dat we deze milieukosten en menselijke kosten drastisch kunnen verlagen door de consumptiegroei te beperken. En dat een ruime meerderheid van de mensen dan nog steeds prima kan leven met de koopkracht die ze al hebben.

De studie in Ecological Economics is hier te vinden: https://doi.org/10.1016/j.ecolecon.2022.107718.

Gerelateerd

Meer weten?

Blijf op de hoogte met onze laatste artikelen

Meld u aan voor onze nieuwsbrief