“Die schilderijen? Die hebben we bij meneer De Vries (niet zijn echte naam) thuis afgeleverd.” We hadden een klein adviesbureau overgenomen, waarbij diverse kunstobjecten op de balans stonden, een liefhebberij van de voormalige eigenaar.
De Vries was sinds enkele jaren directeur en na enige tijd besloten we het bedrijf met het onze samen te voegen in ons pand. Na de verhuizing bleken enkele oliedoeken te ontbreken; volgens de directeur waren ze spoorloos verdwenen. We namen een bekend recherchebureau in de arm (intern noemden wij ze Firma Gleufhoed), die eens in de garage bij het verhuisbedrijf een praatje gingen maken. Daar bleek dat de route van de wagen niet rechtstreeks van A naar B had gelopen, maar via het huis van De Vries.
Na confrontatie beweerde De Vries van niets te weten, maar de schilderijen waren de volgende dag plotseling allemaal terecht. Het meest frustrerende voor mij was dat we De Vries niet op staande voet konden ontslaan en zelfs een transitievergoeding moesten meegeven (daar diefstal niet bewezen was). Deze man verdiende een indrukwekkend salaris; waarom zet je dan zowel je baan als reputatie op het spel voor een paar schilderijen?
Een aantal keer in mijn loopbaan ben ik geconfronteerd met witteboordencriminaliteit, een niet-gewelddadig misdrijf van individuen tegen bedrijven. Dit in tegenstelling tot bedrijfscriminaliteit, waarbij bedrijven zelf leden van het publiek of andere bedrijven benadelen. Denk aan financiële fraude binnen bedrijven, een vorm van bedrijfscriminaliteit waarbij bedragen of informatie in financiële verslagen opzettelijk verkeerd worden weergegeven. Sinds schandalen bij onder meer ING is de aandacht hiervoor toegenomen, omdat fraude kan leiden tot ernstige negatieve resultaten. Financieel directeur Koos Timmermans van ING moest in 2018 opstappen als gevolg van de schikking die ING sloot vanwege witwaspraktijken, wat zijn positie onhoudbaar maakte. Uiteindelijk schikte ING voor € 675 miljoen met het Openbaar Ministerie (OM) en heeft de bank € 100 miljoen euro terugbetaald aan de overheid. ING erkende te zijn tekortgeschoten bij het voorkomen van witwassen. De organisatie was niet op orde, waardoor witwaspraktijken onopgemerkt konden blijven.
Witteboordencriminaliteit kent vele varianten. Diverse onderzoeken ondersteunen de gedachte dat tientallen procenten van alle winkeldiefstallen in Nederland door winkelpersoneel zelf gebeuren. Een ander voorbeeld van witteboordencriminaliteit dat ik lang geleden tegenkwam, betrof een collega-adviseur die facturen van het bureau namaakte, zijn eigen bankrekeningnummer toevoegde, om deze vervolgens naar de klant te sturen. En zodoende een deel van de omzet ‘afroomde’ om een nét te opzichtige woning plus drankverslaving te kunnen financieren. Dit heeft ruim een jaar geduurd alvorens het ontdekt werd, toen een klant bij de administratie om opheldering vroeg.
De vraag werpt zich op waardoor witteboordencriminaliteit ontstaat en wat eraan te doen is. Beide vragen zijn niet eenvoudig te beantwoorden; ik geef een aantal reflecties vanuit eigen ervaring. Mogelijke oorzaken:
- We denken te veel in vooroordelen als het gaat om goed en fout. Boeven zijn mensen die ’s nachts in geblindeerde busjes rondrijden en kantoormedewerkers zijn nette mensen. Kleptomanie komt op alle niveaus voor.
- Vrijwel alle denkbare motieven van mensen om iets te stelen, kunnen ook van toepassing zijn op medewerkers in bedrijven. Bij witteboordencriminaliteit denk ik meer specifiek aan afgunst, zich onkwetsbaar wanen, zich tekortgedaan voelen bij (naderend) vertrek, verschuivende normen (het bedrijf als verlengde van persoonlijk bezit zien, want je hebt er toch zoveel voor gedaan) en – bij grotere vormen van fraude – het streven naar financiële onafhankelijkheid.
- De kat op het spek binden: bepaalde hoge functionarissen kunnen een dermate hoog vertrouwen genieten dat er nauwelijks sprake is van controle of toezicht. En als de pakkans kleiner is, verlaagt dat de drempel om over de schreef te gaan, zo blijkt uit onderzoek.
Hoe kun je als leider witteboordencriminaliteit bestrijden?
- Mindset: genuanceerd denken over goed en fout. Net zoals je meestal een oplettende burger bent in je woonomgeving en een oplettende ouder naar je kinderen, mag je ook een oplettende collega zijn binnen een organisatie. Hiërarchie zegt in dit opzicht niets: binnen een verzameling mensen is het statistisch waarschijnlijk dat er één of twee rotte appels tussen zitten. De kunst is om niet de hele dag argwanend naar collega’s te staren, maar waakzaamheid vrijwel onzichtbaar te ontwikkelen.
- Checks & balances. Organisaties beschikken over procedures, systemen en mechanismen om te borgen (vooraf) en te toetsen (achteraf) of bepaalde handelingen deugen. De accountant toetst jaarlijks op fraude en veelal neemt een toezichthouder de accountant apart bij de jaarvergadering (zonder directie) om te vragen of er onregelmatigheden zijn aangetroffen.
- Moreel kompas. De belangrijkste les gaat over mensen. In mijn waarneming is bij werving en selectie (ook van topmanagers door headhunters) veel te weinig aandacht voor de ‘dark side’ van kandidaten. Veel van de gedragskenmerken waarop wordt gelet, komen uit de positieve psychologie. Wat mij betreft terecht, daar 90% van de effectiviteit ontstaat vanuit een positief mensbeeld. Maar de overige 10% vergeten kan tot flinke ontsporingen leiden. Dus toets elke sollicitant op moreel kompas!
In alle persoonlijke ervaringen met witteboordencriminaliteit ben ik erin geslaagd het misdrijf te stoppen, maar in geen enkel geval is het gelukt om de schuldigen zich echt te laten verantwoorden. Ja, met betrokkenen is een indringend gesprek gevoerd en ze zijn vervolgens ontslagen, maar niet op staande voet. En doordat een vaststellingsovereenkomst een geheimhoudingsplicht kent, konden ze bovendien vrij vlot weer elders aan de slag. Preventie lijkt ook hier de beste remedie: kijk goed met wie je je inlaat.
Hans van der Molen is directievoorzitter van Berenschot Groep en heeft ruim 35 jaar ervaring als adviseur, directeur en toezichthouder. In deze blogs bespreekt hij verschillende aspecten van leiderschap, geïllustreerd met praktijkvoorbeelden uit zijn persoonlijke ervaring.