Op 1 augustus 2018 trad het besluit Bekwaamheidseisen voor instructeurswerkzaamheden in werking, waarmee de functie van instructeur meer erkenning kreeg. Via de subsidieregeling instructeursbeurs mbo werd een beurs beschikbaar gesteld voor instructeurs die een associate degree of hbo-bacheloropleiding wilden volgen.
Nu de regeling vijf jaar heeft gelopen, heeft het ministerie van OCW Berenschot gevraagd de doelmatigheid en doeltreffendheid van de subsidieregeling te evalueren. De uitkomsten moeten het ministerie ondersteunen bij de beslissing om de instructeursbeurs al dan niet te verlengen en zo ja, in welke vorm.
Brede context
Om de vraag van OCW te beantwoorden, voerde Berenschot een uitgebreide analyse uit. Dit betrof een documentenstudie naar de achtergrond van de instructeursbeurs, inclusief beleidstheorie en details over de subsidie. Door middel van een enquête werd gebruikers gevraagd naar hun ervaringen met de regeling en daarnaast werden diverse organisaties en gebruikers geïnterviewd om de instructeurs in de bredere context van professionalisering en loopbaanpaden van onderwijsgevenden in het mbo in kaart te brengen.
Waardevolle bijdrage bij gebruik
“Uit onze evaluatie van de instructeursbeurs komt naar voren dat de regeling een waardevolle bijdrage levert aan de professionele ontwikkeling van instructeurs”, stelt Martha Jordaan, adviseur onderwijs bij Berenschot. “De beurs heeft 170 instructeurs geholpen om hun vaardigheden en/of kwalificaties te verbeteren en zichzelf beter te positioneren in hun rol als instructeur of in de overstap naar een docentenrol.”
Gerichte inspanningen vereist
Het beperkte bereik van de regeling – slechts 6% van de doelgroep maakt gebruik van de beurs – onderstreept de noodzaak voor betere bekendheid en toegankelijkheid. Daarnaast is het volgens Jordaan ook essentieel om de kostenefficiëntie van de regeling opnieuw te evalueren. “In combinatie met het beperkte bereik maken de relatief hoge kosten per gebruiker de regeling minder doelmatig”, zegt ze. “Om de volledige potentie van de regeling te benutten, zijn gerichte inspanningen vereist om de zichtbaarheid te vergroten en duurzame professionalisering binnen de instructeursfunctie te bevorderen.” Het ministerie heeft in afwachting van de uitkomsten van de evaluatie de regeling tijdelijk met een jaar verlengd. Ze zijn op dit moment bezig met het formuleren van een beleidsreactie.
