Gemeenten proberen meer grip te krijgen op het sociaal domein door te investeren in preventie en toegankelijke voorzieningen. Dit moet ervoor zorgen dat inwoners sneller worden geholpen, met als doel problemen vroegtijdig op te lossen en op termijn kosten te besparen. Dat zijn de voornaamste uitkomsten van de jaarlijkse Benchmark Sociaal Domein.
Sinds 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de Jeugdhulp en de Wmo 2015. Daar waar gemeenten zich in eerste instantie richtten op het overnemen en voortzetten van deze taken, gebruiken ze nu in toenemende mate hun beleidsvrijheid om te investeren in toegankelijke voorzieningen. “Een veelgenoemd voorbeeld betreft het opzetten van samenwerkingen met netwerkpartners, zoals huisartsen en scholen, zodat eventuele problemen vroegtijdig gesignaleerd worden”, aldus onderzoekers Paul Schenderling en Wouter Poels.
Inzet op preventie
Een belangrijke ontwikkeling in het sociaal domein is preventie. Uit de interviews blijkt dat verschillende deelnemers projecten en/of structurele programma’s zijn gestart om preventie te bevorderen. “Dit is terug te zien in de omvang van de formatie van deze gemeenten, omdat preventieactiviteiten tijd kosten en preventie in eerste instantie leidt tot een grotere instroom van cliënten”, stelt Schenderling. “De verwachting is dat preventie op middellange tot lange termijn juist zorgt voor daling van het aantal cliënten.”
Lichte hulpverlening steeds vaker in eigen beheer
Uit de Benchmark Sociaal Domein blijkt verder dat gemeenten in toenemende mate een deel van de lichte hulpverlening in eigen beheer uitvoeren en niet langer uitbesteden aan zorgaanbieders. Hiermee beogen gemeenten cliënten laagdrempeliger te helpen, veelal via wijkteams, en te voorkomen dat intensievere hulp nodig is. “Bovendien denken gemeenten dat het goedkoper is om lichte hulpverlening in eigen beheer uit te voeren, omdat er synergie behaald kan worden met het toegangsproces”, verklaart Poels.
Van maatwerk naar algemene voorzieningen
Een aantal deelnemers is bezig om maatwerkvoorzieningen om te vormen tot algemene voorzieningen, bijvoorbeeld bij lichte vormen van dagbesteding. Hiermee beogen gemeenten tijd en middelen te besparen voor wat betreft de kosten voor maatwerkvoorzieningen en voor wat betreft het toegangsproces. Daarnaast worden de voorzieningen in veel gevallen beter toegankelijk voor inwoners. Een aandachtspunt hierbij is om de omgevormde voorzieningen te blijven inzetten voor de doelgroepen die deze het hardst nodig hebben.
Benchmark Sociaal Domein
Sinds 2016 voert Berenschot jaarlijks de Benchmark Sociaal Domein uit bij een groot aantal gemeenten en gemeentelijke uitvoeringsorganisaties. Hierin worden de uitvoeringskosten van de Wmo, Jeugdwet, Participatiewet en Wet Schuldhulpverlening vergeleken bij deelnemende gemeenten. Daarnaast worden in gesprekken met gemeenten de cijfers gevalideerd en wordt gezocht naar het verhaal achter de cijfers voor duiding van de kosten. Zo worden onderliggende trends in de uitvoering zichtbaar.