Net als elders in Nederland zijn op het elektriciteitsnet in Brabant knelpunten gaan ontstaan, voor zowel de vraag als de invoeding van elektriciteit. Ondanks forse inspanning van de netbeheerder is het tekort aan netcapaciteit niet op de korte termijn opgelost. In een pilot hebben de provincie Noord-Brabant en de netbeheerders daarom onderzocht welke rol zij kunnen spelen in het oplossen van die transportschaarste. Berenschot begeleidde de pilot, die in het teken stond van integrale programmering.
Eerste proeve
De pilot vloeit voort uit een afspraak binnen de landelijke Werkgroep Integrale Programmering (WIP), waarin netbedrijven en overheden (Rijk, IPO en VNG) samenwerken, om in drie regio’s pilots uit te voeren. Doel is een eerste proeve te maken met het integraal programmeren én prioriteren van investeringen in een nieuw elektriciteitsnet in een regio, in samenhang met ruimtelijk-economische en duurzaamheidsontwikkelingen. “De pilot heeft voor de bepalende ruimtelijke ontwikkelingen in beeld gebracht welke oplossingsrichtingen mogelijk zijn om netcongestie te voorkomen. Dit betreft vooral het bij elkaar brengen van vraag en aanbod, zowel op locatie als in de tijd, of met behulp van opslag. Kansrijke locaties hiervoor zijn rondom bedrijventerreinen en mobiliteitshubs”, stelt Rutger Bianchi, managing consultant bij Berenschot.
Nieuwe inzichten
In het onderzoek lag de focus op de onderstations TenneT en Enexis in West-Brabant. “Enerzijds omdat hierop schaarste geaggregeerd optreedt. Anderzijds omdat het proces om te komen tot een nieuw onderstation of verzwaring van bestaande stations jaren duurt en vraagt om tijdige anticipatie van regionale overheden en netbeheerders in de netplanning”, verklaart Bianchi. De pilot richtte zich daarbij op de middellange termijn, tot en met 2030. “Dat had twee redenen. Allereerst liepen er al onderzoeken naar de korte termijn en het langetermijnperspectief met een doorkijk naar 2050. En ten tweede beslaan de investeringsplannen van Enexis en TenneT ongeveer tien jaar vanaf nu. De pilot kon dus inzichten opleveren om keuzes te kunnen maken voor de middellange termijn.”
Proactief anticiperen
Naast leerervaring opdoen is de pilot integraal programmeren tevens bedoeld om een methode te ontwikkelen waarmee de regio West-Brabant, maar ook andere regio’s in Nederland, in de toekomst integrale afwegingen kunnen maken om netschaarste te voorkomen. “Aan de hand van onze adviezen voor een energievisie en de lessons learned kan de regio West-Brabant een proces en governance inrichten om proactief te anticiperen op mogelijke toekomstige netschaarste”, aldus Bianchi. Die adviezen zijn onder meer gericht op versterking van de kennis bij regionale overheden over de impact van de energievoorziening op ruimtelijke ontwikkelingen en het handelingsperspectief van overheden. “Geef gemeenten een rol in het voorkomen van netschaarste, bijvoorbeeld door hen te laten oefenen met de omgang met regionale verdeelvraagstukken op het gebied van energie-infrastructuur, onder regie van de provincie.”