De vorig jaar aangenomen Wet fiscale klimaatmaatregelen glastuinbouw stelde dat een tariefstudie nodig is om te bepalen hoe hoog de sectorbrede CO2-heffing moet zijn in de komende jaren. In opdracht van het Ministerie van Financiën voerde Berenschot samen met Kalavasta een tariefstudie uit en berekende een nieuwe heffingshoogte: 14,40-14,60 euro/ton CO2 in 2030.
De tariefstudie leidde tot een aanpassing en verbetering van het rekenmodel dat Berenschot en Kalavasta in 2023 ontwikkelden om de verschillen tussen typen sectorsystemen te duiden en de bijbehorende heffingshoogtes te berekenen. In de nieuwe modellering wordt verder rekening gehouden met de verduurzamingsmogelijkheden van de glastuinbouw in verschillende regio’s, de flexibele inzet van de WKK, energiebesparing en verschillende bedrijfstypes met verschillende groottes.
Eerder inzetten heffing geen effect
De uitgerekende heffingshoogte om het sectordoel van 4,3 Mton broeikasgasemissies in 2030 te waarborgen, is 14,40-14,60 euro/ton CO2 in 2030. “Het heeft daarbij relatief weinig tot geen effect wanneer de heffing eerder wordt ingezet vanwege met name de ontwikkeltijd en snelheid waarmee investeringen plaatsvinden”, zegt Rutger Bianchi, managing consultant bij Berenschot. “De heffingshoogte is een stuk lager dan ETS- of ETS2-prijzen doordat reeds voorgenomen fiscale maatregelen, zoals afschaffing van de inputvrijstelling WKK en andere belastingtarieven per schijf, al een sterk effect hebben op de verduurzaming van de sector.” Op basis van het advies van Berenschot en Kalavasta koos het kabinet op Prinsjesdag voor een hoger prijspad, oplopend van € 9,50 naar € 17,70.
Trends goed monitoren
Een gevoeligheidsanalyse die de onderzoekers uitvoerden, toont aan dat wijzigingen in de gasprijs, de intensiteit van het huidige telen (energievraag/m2), WKK (flex)inkomsten en netcongestie grote invloed hebben op de tariefhoogte. “Ons advies is dan ook om de trends de komende jaren goed in de gaten te houden, en in elk geval elke twee jaar de heffingshoogte te evalueren en indien nodig aan te passen”, aldus Bianchi. “Daarnaast is waarschijnlijk flankerend beleid vereist om tuinders degelijk handelingsperspectief te bieden voor uitvoering van de meest kostenefficiënte verduurzamingsmaatregelen en om te voorkomen dat ze daarin belemmerd worden door externe omstandigheden zoals netcongestie en toegang tot kapitaal.”