Praktijkgericht onderzoek (PGOZ) aan hogescholen groeit in omvang en kwaliteit. Tegelijkertijd stijgt ook de erkenning van PGOZ als volwaardig onderdeel van de kennisinfrastructuur. Naar aanleiding van de gesignaleerde behoefte in het veld om de kennis en expertise over het uitvoeren van PGOZ verder uit te bouwen, te delen en te benutten, heeft Regieorgaan SIA aan Berenschot gevraagd in kaart te brengen waar die behoefte precies uit bestaat en te adviseren over de vorm en invulling van een eventuele centrale voorziening. De verkenning wijst uit dat hogescholen krachten willen bundelen om meer synergie te bereiken.
Versnipperd
Het project is uitgevoerd in nauwe afstemming met verschillende gesprekspartners en stakeholders, waaronder de Vereniging Hogescholen en de Vereniging van Lectoren. “Gesprekspartners blijken positief over de kennis en expertise met betrekking tot het uitvoeren van PGOZ. Die is in betrekkelijk korte tijd opgebouwd, maar is ook erg versnipperd. Wielen worden vaak opnieuw uitgevonden en verder is weinig transparant waar welke kennis en expertise te vinden is en wat de status en kwaliteit daarvan is”, zegt Marcel de Haas, senior managing consultant bij Berenschot. Er is veel van elkaar te leren over hoe je goed praktijkgericht onderzoek uitvoert en hoe het onderzoek daadwerkelijk impact kan hebben op onderwijs, praktijk en samenleving.
Verbinder en makelaar
Een centrale voorziening in de vorm van een instituut zal volgens Berenschot dan ook breed worden omarmd, omdat daarmee de positie, kwaliteit en impact van het PGOZ wordt versterkt. Zo’n instituut zou gebaseerd moeten zijn op drie pijlers: kennisopbouw, kennisdeling en -benutting, en professionele ontwikkeling. Beoogde rol van het instituut is het bevorderen van de kwaliteit en impact van praktijkgericht onderzoek, dit in aanvulling op de eigen rollen en activiteiten van hogescholen, verenigingen en organisaties. De Haas: “Het instituut is dan te zien als verbinder en makelaar van elders bestaande kennis, expertise en activiteiten. Daarnaast kan het instellingen, verenigingen en organisatie ondersteunen bij bestaande activiteiten en nieuwe activiteiten en diensten ontwikkelen en aanbieden.”
Stakeholders betrekken
Verder adviseert Berenschot vanwege het eigenaarschap vanuit meerdere stakeholders om relevante partijen inclusief docenten, studenten en werkveld van meet af aan in de ontwikkeling, de (be)sturing en/of het toezicht van het instituut te betrekken. “De afgeronde verkenning zou nu gevolgd moeten worden door een fase van kwartiermaken in het kalenderjaar 2023”, aldus De Haas.